Limburg moet Vlaamse cultuursubsidies eisen waar het recht op heeft

De provincie Limburg krijgt te weinig Vlaamse cultuursubsidies waar het in feite recht op heeft.

Het is niet voor niets dat de provincie Limburg in het verleden altijd veel geïnvesteerd heeft in cultuur. Maar sinds Vlaanderen die bevoegdheid vanaf januari 2018 ontnomen heeft aan de provincies, kan ‘die compensatie’ niet meer.

“Vandaar dat het Limburgs Kunstenoverleg (LIKO) onder andere is opgericht”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.
LIKO vertegenwoordigt de kunstenorganisaties en individuele kunstenaars of kunstenwerkers, die werken in of vanuit Limburg en die actief zijn binnen het Vlaamse kunstendecreet. Het fungeert eveneens als een lerend netwerk.
Een goed en noodzakelijk initiatief.
Op vrijdag 1 oktober 2021 heeft LIKO alle Limburgse Vlaamse parlementsleden samengebracht in de Gouverneurswoning in Hasselt, Lombaardstraat 25.

In feite zouden andere Limburgse actoren binnen het brede Limburgse culturele veld dit goede voorbeeld van LIKO moeten volgen, zoals de erfgoedsector, het socio-culturele veld, de amateurkunsten, de cultuurcentra, het kunstonderwijs en nog eventuele andere organisaties.
Het is belangrijk dat het belang van de kunst in Limburg op een duurzame manier versterkt wordt.

Maar die bundeling van de krachten binnen het werkveld moet gevolgd worden door voldoende politieke druk.

Kortelings komt er een eerste subsidieronde met beslissingen ten laatste einde juni 2022 na ‘de kaalslag’ voor Limburg voor de periode 2017-2021/2022.
Die zeer negatieve ronde voor de Limburgse cultuursector heeft precies geleid tot de oprichting van het LIKO.

De cijfers uit de periode 2017-2021/2022 spreken boekdelen voor Limburg.
0 euro op 53.980.000 euro op de post kunsteninstellingen, want Limburg beschikt niet over een zogenaamde kunstinstelling.
2.141.600 euro of 2,53% op de post werkingssubsidies. En zelfs als daar ‘Het nieuwstedelijk’ bijgerekend wordt -is actief in Leuven, Genk en Hasselt-komen we nog maar aan 3,79%.
De hieronder samenvattende tabel zegt alles. (1)

Voor de post beurzen en projectsubsidie komt Limburg er eveneens niet goed uit.
7,17% van de middelen in 2017, 9,46% in 2018, 9,63% in 2019, 2,82% in 2020, 5,01% in 2021, of 6,96% over de periode van 2017 tot en met 2021.

Dan zijn er nog de bovenlokale cultuurprojecten.
Het gaat om een decreet uit 2019, waarbij de focus ligt op de verbinding tussen culturele sectoren en disciplines, zoals kunsten, cultureel erfgoed, circuskunsten, sociaal-cultureel werk en amateurkunsten en op transversaliteit, het stimuleren van samenwerking met andere beleidsdomeinen. Het initiatief moest ook dienen ter compensatie van het geld dat de provincies voordien aan cultuur spendeerden. Met andere woorden, als een soort transitie.
Wat stellen we vast? Hier hinkt Limburg eveneens achterop.
De hieronder samenvattende tabel is duidelijk. (2)

Limburg moet veel meer op zijn strepen staan in Brussel als het op cultuur aankomt.
Waarom hebben we anders in de personen van Zuhal Demir (N-VA), Lydia Peeters (Open Vld) en Wouter Beke (CD&V) drie Limburgse ministers? Bovendien niet te vergeten, ministers van dezelfde partijen, die de provincies ontmanteld hebben, waardoor onder andere cultuur geen provinciale bevoegdheid meer is. En diezelfde partijen gaan nog verder met de provincies te ontmantelen, denken we  maar aan de regiovorming.

Cultuur is belangrijk voor het algemeen leefklimaat van een regio. Vandaar dat politiek Limburg een vuist moet maken in Brussel over cultuur. Onder andere door meer Limburgse vertegenwoordigers te krijgen in de diverse commissies, die de subsidies adviseren.

Initiatieven zoals het LIKO vanuit het werkveld zijn goed, maar de Limburgse politiek moet volgen, neen, voorop lopen.”