Wielerpiste Heusden-Zolder: Rekenhof geeft mij gelijk

“In de politiek is het een zaak van gelijk te krijgen, niet alleen gelijk te hebben”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.  Maar als een officiële instantie zoals het Rekenhof u als politicus gelijk geeft, is dat extra plezant.

Ik heb altijd hetzelfde gezegd over die wielerpiste op het circuit van Zolder.
Ik hou mij aan de oorspronkelijke Limburgse politieke afspraken rond het dossier: 1/3 betaalt Vlaanderen, 1/3 betaalt de provincie Limburg via Limburg Sterk Merk (LSM), 1/3de betaalt de privé sector.
Ondertussen blijft vooral de privé sector achter en het ziet ernaar uit dat zij hun financiële beloften zeker niet gaan nakomen.
Vlaams minister van Sport Ben Weyts heeft dat nog eens bevestigd bij een recente parlementaire vraag in de Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media.  Bovendien is er nog altijd onzekerheid over de sponsoring van Lotto en de regeling rond de Belasting op de Toegevoegde Waarde (BTW).

Ik stel nu vast dat het Rekenhof dezelfde twijfels als ik heb over de financiering. (1)
Ik citeer: “Het is onduidelijk of de aanwending van de 5 miljoen euro door Sport Vlaanderen voor de wielerpiste Heusden-Zolder (project van ongeveer 20 miljoen euro) moet worden geïnterpreteerd als een investeringssubsidie, dan wel een participatie/deelneming in het kapitaal of een converteerbare lening. Volgens de administratie betreft het een investeringsbijdrage met Financieringsfonds Eenmalige Uitgaven (FFEU)-middelen. Het project wordt voor 96% gefinancierd door de Vlaamse, provinciale en lokale overheid, elk voor een derde. De inbreng van de private financiering is uiterst beperkt.”

96% door de diverse overheden.
Waar is die 1/3de van de privé -sector?
Diezelfde privé -sector, die altijd ‘zaagt’ over de te hoge belastingen en het te hoge overheidstekort.”

Hieronder vindt u het artikel dat hierover in Het Belang van Limburg van zaterdag 30 en zondag 31 mei en maandag 1 juni 2020 staat. (2)