Cumuleren is hard werken!

Sinds januari 2005 kan u op deze website regelmatig een cartoon vinden, die gebaseerd is op een actuele politieke of maatschappelijke gebeurtenis, waarbij Ludwig Vandenhove zelf betrokken is en/of waarover hij zijn mening geeft.
Cartoonist Dré Mathijs laat zijn verbeelding de vrije loop en zorgt ervoor dat de gebeurtenis wat meer in het oog springt.

Cumuleren is hard werken!

Mijn partij heeft onlangs met een overgrote meerderheid[1] beslist om een cumulverbod in te stellen tussen een federaal , Vlaams of provinciaal mandaat en een uitvoerend gemeentelijk mandaat.

Ik leg mij daar uiteraard bij neer, maar voor iemand, die zelf bijna 10 jaar gecumuleerd heeft[2], is het niet onmiddellijk de meest logische beslissing.

Alleszins is één zaak dus duidelijk: als ik al opnieuw kandidaat-burgemeester in Sint-Truiden zou zijn en ik zou het halen, zal ik fulltime ter beschikking staan van de inwoners. En daarvoor is dat cumulverbod niet nodig, ik heb geen nationale ambities meer.
Er is een tijd van komen en een tijd van gaan.

Waarom heb ik cumuleren altijd een goede oplossing gevonden voor de politiek?
NIET voor het geld.
Wie aan politiek doet voor het geld, is verkeerd. Bovendien heeft geld mij persoonlijk nooit geïnteresseerd.
Eén van de twee weddes van ‘een cumulard’ wordt afgetobt.
Ik heb vaak verdedigd dat voor mij persoonlijk perfect mocht gelden dat er maar één wedde uitbetaald werd.
 

WEL voor diverse andere redenen.
Vooreerst kan een persoon met een nationaal of Vlaams mandaat iets betekenen in Brussel.
De bevolking vindt het belangrijk dat lokale politici iets kunnen ‘regelen’ in Brussel voor hun eigen gemeente of stad. En daar is niets mis mee.
Ten tweede liggen burgers niet wakker van cumulerende politici of niet.
Dit is echt ‘politique policienne’.
De bevolking wil dat de verkozen politici er zijn als zij dat verwachten. Cumuleren betekent dan ook hard werken en veel persoonlijke opofferingen (bijvoorbeeld niet teveel buiten de eigen gemeente of stad zijn, zeker in de weekends als je tijdens de week vaak in Brussel bent; niet teveel op verlof gaan; interssante buitenlandse parlementaire missies aan u laten voorbijgaan; etc.). Voor de gezondheid en het welzijn is het ook niet de beste oplossing.
Ik zei vroeger altijd dat ik 3 shiften had: ’s morgens vanaf ten laatse 7uur 30 tot ik naar Brussel vertrok, dan in Brussel en dan als ik terugkwam van Brussel en vaak tot middernacht op mijn bureel vertoefde.
De buren van het administratief centrum kunnen dat nog altijd getuigen.
Cumuleren wil zeggen veel aanwezigheidspolitiek. Zo merkt de bevolking immers dat je overal bent waar zij je verwachten.
Ten derde gaat ‘de wereldvreemdheid’ nog toenemen in de politiek.
Dat merk je nu al vooral in het Vlaams parlement.
Ik blijf mijn idee trouw dat politici, die een nationaal of Vlaams mandaat nastreven, eerst ervaring zouden moeten opdoen op gemeentelijk niveau.
Dat geldt nog des te meer voor een ministerpost.
Over de preciese modaliteiten kan uiteraard gepraat worden.
Ten vierde is er het electoraal element.
Op basis van cijfers en verkiezingsuitslagen blijkt duidelijk dat een uitvoerend gemeentelijk mandaat (burgemeester of schepen) zeer lonend is bij Europese, federale of Vlaamse verkiezingen.
Op de nationale kopstukken na (worden meestal eerst parlementair en dan pas burgemeester of schepen), worden verkozenen meestal eerst burgemeester of schepen vooraleer ze parlementair worden.
Ten vijfde is er de lijstsamenstelling.
Ik zelf heb inmiddels op alle lijsten samen in het totaal 15 keer gefungeerd als kandidaat sedert 1988.
Natuurlijk probeer je er bij elke verkiezing er het beste van te maken, onder andere door veel te lachen, maar plezierig is anders.
Op uitzonderingen na, doet geen enkele politicus graag een campagne, maar het hoort er nu éénmaal bij.
Het is niet omdat iemand ‘een campagnebeest’ heet te zijn dat zij/hij het graag doet.
Na geholpen te hebben bij het samenstellen van heel wat lijsten weet ik inmiddels uit ervaring hoe moeilijk het soms is om lokaal belangrijke kandidaten te overhalen om kandidaat te zijn bij parlementsverkiezingen.
Dit cumulverbod zal objectief, maar zeker subjectief meespelen (‘ik kan toch niet gaan zetelen’) bij de samenstelling van de lijsten.
Ten zesde is er de kwaliteit en die komt altijd bovendrijven, ook in de politiek.
Jongeren, die het echt willen en kunnen, geraken er met het huidige systeem.
Ik denk precies dat met dit cumulverbod valse hoop gaat gegeven worden aan jongeren, die het in feite in geen enkel systeem zouden halen.
Velen voelen zich geroepen in de politiek, maar slechts weinigen houden het vol. En dat betert er niet op met het toenemend individualisme in de maatschappij.
Jongeren, die je tegenwoordig aanspreekt, onder andere met het oog op de komende gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018, stellen als snel de vraag of ze schepen kunnen worden of wat ze ermee kunnen verdienen.
Net zoals in het vereniginsleven algemeen, zien we de vrijwillige inzet in de politiek zienderogen dalen.
Een cumulverbod verandert hier ten gronde niets aan.
Ten zevende is dit debat niet nieuw.
Ik draai 35 jaar mee in de Socialistische Beweging en ik heb al heel wat gelijkaardige discussies meegemaakt, onder andere over de leeftijdsgrens, het % van een ander geslacht op de lijst, etc.
Mensen, die interesse in de politiek hebben, hebben nu éénmaal terecht (hopelijk een gezonde) ambitie en vaak passen dit soort statutenwijzigingen (denken ze) om die ambitie (sneller) waar te maken.
Tegen die achtergrond bekijk ik dit cumulverbod.
Last but not least: democratie is en blijft gelukkig stemmen halen.

De statutenwijziging is er nu éénmaal. Dus dat mag niemand tegenhouden om er bij de eerstvolgende verkiezingen - in principe de gemeenteraadsverkizingen van zondag 14 oktober 2018 - volop tegen aan te gaan.
Op mij kan de partij rekenen!

Cumuleren betekent ook voor 2 drinken op recepties en bij aanwezigheidspolitiek… .
Als daar het huidige Vlaanderen maar mee kan lachen.

 Zie ook ‘Cumul’ van 07-06-2016 op deze website.



[1] ‘Sp.a-leden gaan nog verder dan Crombez Weg met de cumul!’, De Standaard, maandag 06-06-2016, pag. 8

[2] Van 1995 tot 2012 burgemeester van de stad  Sint-Truiden, gecombineerd met het mandaat van federaal volksvertegenwoordiger (1999-2003), senator (2003-2007) en federaal volksvertegenwoordiger (2007-2010)