Jacht en natuur kunnen/moeten samengaan!

“Jacht en natuur kunnen en moeten samengaan.”, zegt gedeputeerde voor milieu en natuur Ludwig Vandenhove.
“Ik heb dit in de praktijk proberen te brengen als burgemeester van de stad Sint-Truiden, maar wil dit nu doen voor gans Limburg.”

Ludwig Vandenhove zei dit in het provinciehuis In Hasselt op vrijdag 6 september 2013 naar aanleiding van de Jaarvergadering van de Limburgse Jagersvereniging. Op zondag 4 november 2013 was hij ook aanwezig op het Limburgs NatuurNetwerk van Sint-Hubertuscomité Wiemesmeer vzw in Zutendaal.

Zie Geslaagde viering Sint Hubertus in nieuw kleedje, Het Belang van Limburg, Bijlage II, 05-11-2013, p.12.

“Het is niet toevallig dat ik als gedeputeerde voor groen, milieu en natuur ook met jacht bezig ben.
Jacht en natuur moeten niet tegengesteld aan mekaar zijn, integendeel, zij kunnen en moeten samengaan.
Overleg en samenwerking zijn sleutelwoorden bij het beheer van de OPEN ruimte.

Bij de jagers zijn er veel echte natuurliefhebbers.
Ik wist dat al van mijn goede vriend en strijdmakker Jef Thewis, gedurende 9 jaar sp.a-schepen bij mij in Sint-Truiden.
Jef was een voorloper op dat vlak: natuurkenner en -liefhebber en jager.
Nu zie ik heel wat personen, die actief zijn in natuurverenigingen en zeker in de bosgroepen, die  jager zijn.

De tijd is voorbij dat de meerderheid van de jagers ‘cowboys’ waren, gelukkig vormen zij nu eerder de uitzondering. En tegen die ‘cowboys’ moet er hard opgetreden worden. In Sint-Truiden bijvoorbeeld heeft de lokale politie Sint-Truiden-Gingelom-Nieuwerkerken, in samenspraak met de betrokken wildbeheerseenheden, enkele malen een actie tegen stropers opgezet.

Voor alle duidelijkheid: ik zal zelf nooit een jager worden, maar ik ben wel al een aantal keren mee geweest (vooral na de jacht is het plezant!).
Als politicus kan je maar meepraten over zaken als je weet hoe ze op het terrein verlopen.

 

Als burgemeester van Sint-Truiden heb ik heel wat rechtstreekse en onrechtstreekse acties naar de jagers toe genomen, onder impuls en samen met Jef Thewis.
Een overzicht, zonder volledig te zijn:
-minimum eenmaal per jaar samenkomst van de wildbeheerseenheden met de lokale politie Sint-Truiden-Gingelom-Nieuwerkerken en de stad Sint-Truiden om informatie uit te wisselen en praktische afspraken te maken;
-het aan mekaar signaleen van eventuele problemen en/of overtredingen;
-gezamenlijke acties tegen de stropers (zie hoger);
-het plaatsen van extra-borden om de andere gebruikers van de OPEN ruimte erop attent te maken dat er gejaagd wordt.
Ik ben blij dat de Limburgse Jagersvereniging inmiddels het initiatief genomen heeft om eenvormige borden te maken. Ik heb dan ook met veel plezier de eerste borden overhandigd tijdens de Jaarvergadering op vrijdag 6 september 2013.
Zie Bordjes moeten voor jagers waarschuwen, Het Belang van Limburg, 05-11-2013, p. 9.Hetzelfde zou kunnen gebeuren voor fluorescerende hesjes.
De diverse gebruikers van de OPEN ruimte, zowel de professionele (fruittelers, landbouwers en wijnboeren), als de personen en families, die er vertoeven vanuit hun hobby (wandelaars, fietsers, mountain bikers, jagers, etc.) moeten RESPECT voor mekaar opbrengen.
Natuurlijk moeten er decreten en wetten zijn, maar die hebben maar zin als ze effectief gecontroleerd kunnen worden.
Aanvullend op die regels geloof ik nog al in RESPECT en WEDERZIJDS BEGRIP als meerdere doelgroepen (tegelijkertijd) gebruikmaken van de OPEN ruimte. Dit is eveneens een bekommernis vanuit mijn bevoegdheid veiligheid.
Ik weet dat dit misschien een beetje naïef klinkt in deze tijden van toenemend individualisme en steeds minder burgerzin, maar wat is het alternatief, zeker als de overheid alsmaar meer moet besparen, ook op controletaken en veiligheid?;
-intense samenwerking bij diverse zwerfvuilacties;
-de ruiverkavelingswegen verbieden voor gemotoriseerd verkeer, behalve voor aangelanden via specifieke politieverordeningen en specifieke verkeersborden en systematische controle hierop;
-een aantal initiatieven qua natuur, die ook de jacht ten goede kwamen/komen, zoals het patrijzen- project, bermbeheersplannen, een inventarisatie en regelmatig en regulier beheer van holle wegen en diverse subsidiereglementen (onder andere akkerranden, grasstroken, ecologisch beheer erosiestroken, onderhoud hagen en kleine Landschapselementen (KLE’s) en subsidie groenbemesters op voorwaarde dat ze tot 15 februari op de akkers aanwezig bleven).

Alles start met overleg en samenwerking. Zo zijn de vele initiatieven in Sint-Truiden ontstaan. Dat is de reden waarom ik op Limburgse niveau ook zulk regelmatig overleg plan.
Voorlopig gebeurt dat informeel.
Blijft dit zo? Voor mij mag dit formeel, maar het moet efficiënt en praktisch verlopen en we moeten  snel tot concrete resultaten kunnen komen.
Iedereen kent voldoende overlegorganen en adviesraden, die uiteindelijk tot weinig resultaten leiden.
Als we opnieuw een formeel overleg opstarten met de jagers en andere betrokken sectoren (milieu; natuur; Agentschap Natuur en Bos (ANB); bosgroepen; regionale landschappen; landbouw; toerisme; etc.) - dit heeft bestaan in de jaren ’90 onder impuls van toenmalig gedeputeerde Steve Stevaert - moeten er op voorhand duidelijke afspraken gemaakt worden waar we naartoe willen en wat de uiteindelijke bedoeling is.

Provinciaal bekeken is er eveneens een link met de Limburgse Koepel voor Natuurstudie (LIKONA) – een aantal actieve leden hiervan zijn jagers - en mogelijkerwijze met het recent opgerichte Limburgs Veldstudiecentrum (LIVEC).
In datzelfde verband is er de vraag van de Limburgse jagers, mij gesteld tijdens een eerste informele bijeenkomst, voor een eigen locatie.
Zij zijn uit aan het kijken naar een ‘Limburgs Huis van de Jacht’.
Ik wil onderzoeken in welke mate het mogelijk is om zulke gezamenlijke huisvesting te voorzien met een aantal milieu- en natuurverenigingen.
Ik heb dit al gezegd naar aanleiding van de verhuis van ‘Groene Huis’ naar ‘Craenevenne 68’.
Het kan het imago van de jacht alleen maat ten goede komen.

Ik word veel aangesproken door jagers over de Vlaamse regelgeving.
Geen probleem voor mij en ik ben graag bereid via mijn partijgenoten in de Vlaamse regering en in het Vlaams parlement  tussen te komen als een soort ‘doorgeefluik’, maar dan moet ik er wel zelf achterstaan. Zo heb ik het in het verleden altijd gedaan in al mijn vorige mandaten en zo wil ik het nu doen als gedeputeerde.
Goede afspraken maken goede vrienden en daarom moeten we zeker niet altijd en over alles akkoord zijn.“.

 

Zie ook Samenwerken in de OPEN ruimte! van 26-06-2013 en OPEN ruimte is van iedereen! van 24-02-2009 op deze website.

 

 

 

Tags: