Limburgs Veldstudiecentrum (LIVEC) opgericht

“De bestendige deputatie heeft op mijn voorstel op donderdag 28 februari 2013 het officiële startschot gegeven voor de oprichting van een Limburgs Veldstudiecentrum (LIVEC).”, zegt bevoegd gedeputeerde Ludwig Vandenhove. “Daardoor geven we alle organisaties en de vele vrijwilligers, die dag in dag uit werken aan de biodiversiteit in Limburg, een echte structuur.”

De operationaliteit is voorzien in het najaar samen met de verhuis en de uitbreiding van het Provinciaal Natuurcentrum en Het Groene huis naar Craenevenne.
“Ik hoop op 1 september 2013.
”, zegt Ludwig Vandenhove.

Hieronder vindt u het persbericht hierover.

Limburgs Veldstudiecentrum (LIVEC): Limburgse biodiversiteit bestuderen om ze te behouden

Gepaard gaande met de verhuis van het Provinciaal Natuurcentrum van Het Groene Huis naar Craenevenne later dit jaar heeft gedeputeerde Ludwig Vandenhove de oprichting van het Limburgs Veldstudiecentrum laten goedkeuren door de deputatie. “Er zijn heel wat organisaties en vrijwilligers die werken aan biodiversiteit. Nu wordt deze kennis verzameld en kunnen uit de kruisbestuiving nieuwe projecten opgestart worden”, vertelt Ludwig Vandenhove in een notendop.

Heb je je al eens afgevraagd welke dieren er ’s nachts door je tuin roetsen of de speelplaats in je school bezetten? Toch wel? Wist je dat je dat eigenlijk vrij eenvoudig met automatische camera’s te weten kan komen? Of wist je dat je libellen, muizen, nachtzwaluwen of reeën van een zendertje kan voorzien zodat je hen via een radiosignaal terug kan opsporen en kan uitvinden waar ze slapen, waar ze hun eten of hun partner vinden?

Wie denkt dat dit enkel iets is voor wetenschappers moeten we ontgoochelen. Steeds vaker doen onderzoekers namelijk een beroep op vrijwilligers bij het verzamelen en analyseren van gegevens. Al sinds 1992 brengen vrijwilligers van de Limburgse Koepel voor Natuurstudies (LIKONA) bijvoorbeeld de verspreiding van Limburgse soorten in kaart, wat tot de publicatie van verschillende verspreidingsatlassen geleid heeft. Gedeputeerde van milieu en natuur Ludwig Vandenhove voegt toe: “In Limburg vind je heel wat organisaties die via tentoonstellingen, bezoekerscentra, wandelingen of schoolprojecten mensen bewust willen maken van de hen omringende natuur. Al die kennis willen we nu samenbrengen in het Limburgs Veldstudiecentrum, een netwerk waar gedreven biodiversiteitsonderzoekers opgeleid en begeleid worden. De verhuis van het Provinciaal Natuurcentrum van Het Groene Huis naar Craenevenne (het voormalige Lisec-gebouw) later dit jaar is de ideale aanleiding om eraan te beginnen.” De deputatie besliste vandaag de uitbouw van dit netwerk op te starten.

Het LIVEC zal groepen die op vrijwillige basis de Limburgse biodiversiteit willen bestuderen ondersteunen. Dit door samen met hen – en de specialisten uit de provinciale netwerken – leuke en nuttige onderzoeksprojecten te verzinnen. Ook worden ze ondersteund bij het uitvoeren van die projecten.

“Om dit logistiek mogelijk te maken worden er in Craenevenne een aantal ruimten ingericht waar onderzoekers aan de slag kunnen. Je zal hier ook een documentatiecentrum met vakliteratuur vinden en uitleenbaar onderzoeksmateriaal. Zo leren de vrijwilligers hoe ze  kwaliteitsvolle data kunnen verzamelen en hoe ze die zinvol kunnen interpreteren. Bovendien zal het LIVEC bij het uitwerken van deze  projecten ook te rade gaan bij de educatieve medewerkers van het Provinciaal Natuurcentrum.”, licht Ludwig Vandenhove het opzet toe. Die educatieve medewerkers zorgen ervoor dat de biodiversiteitsonderzoekers ook inzicht krijgen in het belang van de biodiversiteit en de impact die (hun) activiteiten op de biodiversiteit hebben. Op die manier worden ze trouwens gestimuleerd om na te denken over mogelijke oplossingen voor bestaande knelpunten. “En zo worden de biodiversiteitsonderzoekers hopelijk ook echte biodiversiteitsambassadeurs.”

Projecten verzinnen en uitwerken wil de provincie bovendien niet alleen doen. Ook het onderwijs wordt nauw betrokken. LIVEC richt zich op leerlingen van het basis- en secundair onderwijs. Zo krijgen leerlingen die de smaak te pakken hebben gekregen in de Milieuzorg op School (MOS)-projecten de kans om hun ideeën verder uit te werken. De link met het hoger onderwijs wordt in de toekomst verzekerd door samen te werken met academische onderzoeksinstellingen zoals de Universiteit Hasselt en de onderzoekers van het Field Research Center in het Nationaal Park Hoge Kempen (1). “Maar we nodigen ook de gemeenten en terreinbeherende organisaties uit om samen met ons interessante projecten te ontwikkelen.” zegt gedeputeerde Ludwig Vandenhove, die lokaal opgebouwde kennis zeker wil integreren.

Een belangrijke troef van de Provincie Limburg op gebied van biodiversiteit zijn haar zeer diverse landschappen waarin heel wat zeldzame plant- en diersoorten een thuis vinden. Deze soorten en levensgemeenschappen leveren ons heel wat diensten, zoals een mooie leefomgeving, schoon water en zuivere lucht, bescherming tegen overstromingen en erosie, en bestuivers voor onze groente- en fruitteelt. Ludwig Vandenhove: “Spijtig genoeg springen we vaak erg onzorgvuldig met al deze gratis diensten om, meestal omdat we ons niet ten volle bewust zijn van de impact die we als mens op natuur hebben. Met de oprichting van het Limburgs Veldstudiecentrum willen we daar iets aan doen.” Onbekend is immers onbemind. Samen biodiversiteit onderzoeken en inzicht verwerven in hoe we onze natuur vooruit kunnen helpen lijkt ons de beste manier om hem te behouden.

  1. Zie ook ‘Nationaal Park krijgt meetstation van zes miljoen’, Het Belang van Limburg, 28 februari 2013, p.49.

Zie onder andere ‘Provincie Limburg richt Limburgs Veldstudiecentrum op’, Limburg Actueel, 28 februari 2013.

Zie ook ‘Projecten Milieuzorg op School (MOS) moeten blijven!’ van 6 februari 2013 en ‘Educatief Natuurbeheer is belangrijk’ van 20 februari 2013 op deze website.

 

    

 

Tags: