Eén Limburgse sociale huisvestingsmaatschappij: opletten voor valkuilen

“Ik blijf de beslissing betreuren van de Vlaamse regering om alle sociale huisvestingsmaatschappijen, zowel huur- , als koopwoningen en alle sociale verhuurkantoren te doen fuseren. Maar als het dan toch moet, sta ik achter de idee van één Limburgse organisatie. Het zal echter een enorme uitdaging zijn om die Limburgse maatschappij vlot te laten werken (1)”, zegt Vlaams volksvertegenwoordiger Ludwig Vandenhove.

Ja, ik maak mij daar zorgen over.
Veel vergaderen, veel discussiëren, veel gepalaver, veel geld uitgeven aan dure private bureaus, zoeken naar een nieuwe naam en een nieuw logo, etc. Maar ondertussen niet stilstaan bij het echte probleem: te weinig sociale woningen voor die personen en gezinnen, die er nood aan hebben. En dan verwonderd zijn dat de kloof tussen de burger en de politiek vergroot.

Vooral de fusie met de sociaal verhuurkantoren zal mijn inziens de crisis op de woningmarkt nog doen toenemen.
Sociaal verhuurkantoren kunnen vaak directer inspelen op de woningnood voor bepaalde personen of gezinnen en/of kunnen private eigenaars beter en sneller overtuigen om hun woningen ter beschikking te stellen.

Vlaams minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed Mathias Diependaele heeft er blijkbaar voor gekozen om te werken aan structuren en niet te werken aan meer sociale woningen, nochtans het echte probleem.(2)
De directeuren en het personeel van de sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren zijn momenteel meer bezig met hun eigen positie binnen dat nieuwe landschap van sociale woningbouw dan met hun klanten. En onlogisch is dat niet, dat is een menselijke reactie.
Dat was te voorspellen.
Organisaties en structuren, die jaren bestaan en gewerkt hebben, ook al is het slecht, en waarbij veel personen betrokken zijn, verander je niet zomaar.
Daar gaan jaren overheen: mensen blijven mensen en moeten de kans krijgen om zich aan te passen, daar kan het duurste studiebureau niets aan veranderen.

Dat is typisch Vlaanderen.
Als iets niet goed werkt, zoals vele sociale huisvestingsmaatschappijen, laten we eerlijk zijn, dan wordt dat opgelost met nieuwe structuren te maken. En niet door personen, die slecht of niet hun werk doen, op hun verantwoordelijkheden te wijzen
.
In Limburg is dat nog een graad erger.
De realiteit in het verzuilde Limburg, dat gelukkig begint te veranderen, is dat heel wat directeurs van de sociale huisvestingsmaatschappijen van cd&v-signatuur zijn.
‘Ons kent ons’: ja, en dan moeten er dure private bureaus ingeschakeld worden om een doorlichting te maken en de ‘niet-goede werking’ bloot te leggen en te veranderen. Los van dit partijpolitieke element, zit er in de sector zelf nochtans voldoende knowhow om te bekijken, samen met de politiek, hoe er een beter sociaal huisvestingsbeleid kan gevoerd worden in het belang van de betrokken burgers.

In Limburg alleen al gaat het over om en bij 375 medewerkers, die in de nieuwe structuur zullen moeten ingeschakeld worden en die ‘anders zullen moeten gaan werken’.
Een immense opdracht en met mijn jarenlange ervaring door te werken met en in semi- of volledige overheidsinstanties durf ik zelfs zeggen een bijna onmogelijke opdracht.
Na al die jaren ben ik niet meer naïef.

Met die verplichte fusies, zoals opgelegd door Vlaanderen, zijn we veraf van wat het Vlaamse sociale huisvestingsbeleid echt zou moeten zijn: veel meer en veel sneller betaalbare en klimaatvriendelijke woningen bouwen. Dat is immers de enige oplossing voor de lange wachtlijsten van de sociale huisvestingsmaatschappijen.

De Limburgse woonmaatschappij moet ervoor zorgen dat de afstand van de potentiële huurders of kopers van sociale woningen zo klein mogelijk blijft.
De dienstverlening moet toenemen. Daarenboven moet er voldoende en zelfs meer aandacht komen voor de kwetsbare groepen op de (sociale) huurmarkt. Ook zal er moeten gewerkt worden aan het imago van sociaal wonen. Het volstaat de gemiddelde reacties te lezen op sociale media op artikels, die handelen over sociale woningbouw, zoals wellicht op dit ook weer.
Heel wat mensen in onze verzuurde, individualistische maatschappij vinden dat personen en gezinnen maar zelf moeten zorgen voor een dak boven hun hoofd.
Vele gemeentebesturen spelen daarop in door te weinig of geen sociale woningen te laten bouwen in hun eigen gemeente.
Bijzonder pijnlijk in één van de welvarendste landen ter wereld!

Deze Vlaamse regering van N-VA-cd&v-Open Vld zorgt niet voor een warm(er) Vlaanderen.”